Geboren: 12 oktober 1913 (Alkmaar)
Overleden:
22 mei 1997 (Utrecht)
Scout
Scoutinggroep:
diverse groepen Nederlandse Padvindsters Gilde district en land
Verzetsgroep: Barbara / Luctor et Emergo / Fiat Libertas
Schuilnaam: Suze de Wit
Ter dood veroordeeld; gevangen in Oranjehotel Scheveningen, Kamp Haaren en gevangenis Waldheim
Overleefde de oorlog
Plaats: Alkmaar

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het klinkt zo eenvoudig: hulp bieden aan onderduikers en uit Duitsland gevluchte dwangarbeiders. Uit het verhaal van Nel Lind blijkt dat het logistieke operaties waren, met een uitgebreid netwerk waar ook burgemeester hun positie in hadden. Ook komt uit dit verhaal naar voren wat hoe het verbod van Scouting ertoe leidde dat veel Scouts van illegale bijeenkomsten bijna automatisch actief werden in het verzet. Nel Lind was het voorbeeld hoe je van akela een verzetsstrijder kon worden.

 

Dat Nel Lind heel wat in haar mars had, was in de jaren voor de oorlog al duidelijk door haar inzet en ‘carrière’ bij het Nederlandse Padvinstersgilde (NPG). Ze werd in 1925 op 12-jarige leeftijd lid van een vendel. Toen zij ouder werd en pionierster kon worden, voelde zij zich meer aangetrokken tot de welpen en werd zij leidster in een welpenhorde van de NPV. Op den duur werd zij benoemd tot Assistent Districtscommissaris Welpen van NPV District Alkmaar. Ze had ook een belangrijke rol bij de organisatie en uitvoering van de twee Welpendagen tijdens de Wereld Jamboree in Vogelenzang in 1937. Het verbod op Scouting door de Nazi’s kwam zeker bij Nel Lind als een harde klap. Omdat het illegaal voortzetten van de activiteiten te gevaarlijk werd geacht, werden de Scoutinggroepen gedwongen om te stoppen met de welpen en kabouters. De meeste oudere Scouts en hun leidsters en leiders bleven contact houden en gingen waar mogelijk illegaal verder. Het feit dat je geliefde tijdsbesteding werd verboden, dat je je niet laat kennen en toch doorgaat, leidt bijna vanzelf tot een vergaande volgende stap: Het Verzet.

Ook Nel Lind raakte als akela geleidelijk aan betrokken bij het verzet. Dat begon met het rondbrengen van illegale krantjes. Al snel raakte ze betrokken bij het helpen van onderduikers. Zij werd koerierster voor de groep Fiat Libertas die ontsnapte krijgsgevangenen en geallieerde piloten de grens over hielp op weg naar Zwitserland of Spanje, zodat zij vanuit neutraal gebied konden terugkeren naar Engeland. 

Wat daarvoor nodig was, staat beschreven op de website Docplayer.nl: Na het einde van de Duitse Blitz Krieg in West-Europa waren duizenden Franse, Belgische en Britse militairen in Duitse krijgsgevangenkampen opgesloten. Behalve de officieren werden zij vaak tewerkgesteld bij Duitse boeren en dan lukte het ze wel eens te ontsnappen, waarop ze zich een weg zochten naar huis. Als ze geluk hadden kwamen ze terecht in België of Nederland – zelfs ook in de Kop van Noord-Holland - en werden ze daar opgevangen. Er ontstonden dan ‘vluchtlijnen met veilige adressen’ en zo konden zij op de duur uit Nederland via Limburg of Brabant over de grens naar België gesmokkeld worden. Hierbij was ook de groep (codenaam Luctor et Emergo) van Pater Kloeg en zijn medewerkers betrokken, waaronder Nel Lind.

Uiteraard was dat niet zonder risico. In 1942 was de Duitse Sicherheitsdienst Nel Lind op het spoor gekomen. Doordat ze tijdig werd gewaarschuwd door een ‘goede’ Nederlandse politie-agent wist ze uit beeld te verdwijnen. In oktober 1942 moest ze onderduiken, maar ze zette haar werk voort.

In september 1943 ging het wel mis. De verzetsgroep van Nel werd verraden en langzaam maar zeker opgerold. Nel werd gevangen genomen en overgebracht naar het Oranjehotel in Scheveningen. De volgende dag werd zij van 8.00 uur ‘s morgens tot ver na middernacht aan één stuk door verhoord. In juli 1944 moest Nel samen met andere gearresteerde leden van Fiat Libertas verschijnen voor het Feldgericht van de Duitse luchtmacht in Utrecht. Ze werd ter dood veroordeeld en in afwachting van de voltrekking van het vonnis opgesloten in Kamp Haaren. Toen dit kamp op Dolle Dinsdag werd ontruimd, gingen ze als Nacht-und-Nebelgevangenen naar een Duitse gevangenis in Waldheim. De gevangenen uit Waldheim werden op 6 mei 1945 bevrijd door de Russen. De terugreis naar Nederland, die vijf weken duurde, wordt beschreven in het boek The Walls Came Tumbling Down (En de muren vielen om) van Jet Roosenburg. Nel Lind woog nog maar 35 kg en was zo verzwakt dat ze niet meer kon lopen en het laatste deel van de reis op een bolderkar moest zitten.

Zodra Nel weer thuis was en enigermate was uitgerust meldde zij zich weer present bij dedistrictsleiding en nam zij haar taak van ADC/Welpen weer op zich. Ze ging ook Gilwell trainingen geven, verbleef voor haar scoutingtaken regelmatig in Engeland en raakte daar bevriend met Baden Powell.

Ze ontving het Verzetsherdenkingskruis. Nel overleed op 22 mei 1997 in Utrecht.

 

Foto Boekje “Als ik Eerlijk ben…”herinneringen aan Nel Lind, door Lex Haak en Piet Leuten,

Voortrekkers van de Delftse Zwervers. 74 pg. Uitg 1999. Isbn: 90-9013498-0

Foto Scoutingmuseum Baarn

Bronnen en meer informatie:
Wikipedia
Website Delpher.nl
Website Thedump.scoutscan.com (PDF- pagina 59)
Website Neerlandschverzetsmuseum.nl